Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet gemeentelijke herindeling Noordwest-Overijssel

 

Artikel 9
1
Gemeenschappelijke regelingen, waaraan uitsluitend wordt deelgenomen door twee of meer der op te heffen gemeenten, vervallen met ingang van de datum van herindeling. De besturen van de nieuwe gemeenten Steenwijk, IJsselham en Brederwiede treffen in verband hiermede de nodige voorzieningen. Op het daarbij betrokken personeel zijn de bepalingen van Hoofdstuk VI van overeenkomstige toepassing.
2
De overige gemeenschappelijke regelingen, waaraan bij deze gemeentelijke herindeling betrokken gemeenten deelnemen, blijven, mede voor overgaand gebied, ongewijzigd van kracht totdat toepassing is gegeven aan het vierde of vijfde lid van dit artikel.
3
De gemeenten, op het grondgebied waarvan ten gevolge van het bepaalde in het vorige lid een gemeenschappelijke regeling van kracht wordt, worden geacht mede aan deze regeling deel te nemen. Deze gemeenten treden met betrekking tot het overgaande gebied voor de toepassing van deze gemeenschappelijke regeling in de plaats van de gemeenten, waarvan het betrokken gebied op de dag, voorafgaande aan de datum van herindeling deel uitmaakte.
4
De besturen van de gemeenten, die aan een gemeenschappelijke regeling, als in het tweede lid bedoeld, deelnemen of geacht worden deel te nemen, treffen binnen zes maanden na de datum van de herindeling met toepassing van de Wet gemeenschappelijke regelingen de ingevolge de herindeling nodige voorzieningen. Zij kunnen daarbij afwijken van de bepalingen van de gemeenschappelijke regeling met betrekking tot wijziging en opheffing van de regeling en het toe- en uittreden van deelnemers. De in de eerste volzin genoemde termijn kan door Gedeputeerde Staten van Overijssel, of, zo de regeling uitsluitend tussen burgemeesters is gesloten, door Onze Commissaris in die provincie, met ten hoogste zes maanden worden verlengd.
5
Indien de voorzieningen, bedoeld in het vorige lid, niet binnen de daarvoor gestelde termijn zijn getroffen, kan dit geschieden door Gedeputeerde Staten van Overijssel of, zo de regeling uitsluitend tussen burgemeesters is gesloten, door Onze Commissaris in die provincie.
6
De leden van bij gemeenschappelijke regeling ingestelde organen, aangewezen door de besturen van de in het tweede lid bedoelde gemeenten blijven in deze organen zitting hebben, totdat de na de datum van herindeling bevoegde gemeentebesturen, zo nodig met afwijking van hetgeen in de gemeenschappelijke regeling ten aanzien van de zittingsduur is bepaald, in de aanwijzing hebben voorzien.
7
Tegen een besluit van Gedeputeerde Staten van Overijssel of van Onze Commissaris, genomen krachtens het vijfde lid, kunnen de betrokken gemeentebesturen binnen dertig dagen, te rekenen van de dag van verzending van het besluit, bij Ons voorziening vragen.
8
Indien bij de gemeenschappelijke regeling mede niet in de provincie Overijssel gelegen gemeenten zijn betrokken, treden Wij voor de toepassing van dit artikel in de plaats van Gedeputeerde Staten van Overijssel, onderscheidenlijk Onze Commissaris in die provincie.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •